Durlacher 8

Vroege jaren

Evan Durlacher (Baden Baden, 10 augustus 1925 - 2018) was de zoon van Benno Durlacher en Henriëtte Cato Cohen, een echtpaar dat, naast Evan, nog een zoon, Leofried, had.

Durlacher senior was eigenaar van een meubelzaak in Baden Baden en richtte in die positie in opdracht diverse hotels in de omgeving van zijn woonplaats in.

Toen Adolf HItler in 1933 in Duitsland aan de macht en het Joodse gezin Durlacher in gevaar kwam stuurden de Durlachers hun zoontjes, begeleid door de broer van mevrouw Durlacher, naar Nederland:

Evan ging tijdelijk logeren bij zijn grootouders in Dirksland en Leofried werd voorlopig ondergebracht in Rotterdam.

Nadat hun ouders de meubelzaak in Baden Baden hadden verkocht reisden zij hun zoons achterna en verenigde het gezin zich weer in Rotterdam, waar Durlacher senior een nieuw bestaan trachtte op te bouwen als eigenaar van een agenturenkantoor. 

Evan Durlacher bezocht nu achereenvolgens de lagere en middelbare school tot dit, in de periode na de bezetting van Nederland door Duitsland en ten gevolge van anti-joodse maatregelen, onmogelijk was geworden. 

Staande op het dak van zijn ouderlijk huis aanschouwde hij in deze begindagen der Tweede Wereldoorlog het overvliegen van de vele Duitse jagers en het neervallen van projectielen op de stad Rotterdam.

Dit was de aanvang van een lange, moeilijke en zeer zware periode. 

Verzet in de Tweede Wereldoorlog

Naarmate de oorlog voortduurde nam ook het aantal anti-joodse maatregelen, dat de Duitse bezetter nam, toe. Een van de gevolgen daarvan was dat Durlacher niet meer zijn openbare school kon bezoeken omdat dit voor joodse kinderen niet toegestaan was.

Een aantal joodse en dus ontslagen onderwijzers gaf nu particulier onderwijs aan deze kinderen tot ook dit onmogelijk werd gemaakt en er steeds meer arrestaties begonnen plaats te vinden. 

Na enige tijd verhuisde het gezin Durlacher naar Bennekom, waar contact werd gelegd met het Wageningse Studentenverzet.

Indertijd waarschuwde de buurman in Bennekom de familie Durlacher als er politiecontroles zouden gaan plaatsvinden of razzia's op handen waren. Deze man had een dochter die bevriend was met een Wageningse student, actief in het studentenverzet. Via deze contacten trad de gehele familie Durlacher toe tot de ondergrondse. 

Evan Durlacher leerde met veel succes identiteitsbewijzen vervalsen.  Dat was echter een zeer gevaarlijk werk want ook in Bennekom waren NSB'ers woonachtig en actief. Hierdoor was het na enige tijd dan ook niet langer veilig om in Bennekom te blijven en reisde het gezin Durlacher, via de uitgestrekte bossen die de plaats omzoomden, naar het dorpje Heelsum.

Onderduikperiode in de bossen bij Heelsum

In eerste instantie huurde de familie aldaar een huis tegenover de watertoren en nabij een NSB-post. Evan Durlacher vervaardigde voor zichzelf, zijn ouders en broer nieuwe identiteitsbewijzen en zo veranderden Evan en Leofried Durlacher in Evert Jacobus Havermans en Leonardo Madura. Toch bleef ook de nieuwe woonplaats Heelsum zeer gevaarlijk omdat in de directe omgeving genoemde NSB-post gevestigd was 

Uiteindelijk doken beide zoons onder bij hun ouders, in een ondergrondse schuilplaats.  EDurlacher 5en van de gevolgen van dit onderduiken was dat de broers hun ouders voortaan als vreemden en onder een andere naam dienden aan te spreken.

Intussen ging het werk in het verzet gewoon door. In deze periode werd, tijdens een razzia, Leofried, die op de terugreis was nadat hij een geallieerde piloot had weggebracht,  opgepakt en afgevoerd naar Kamp Westerbork. 

Het gelukte Evan Durlacher en zijn vriend Piet Zuring echter aan Leofried pillen, die hoge koorts veroorzaakten, te doen toekomen. Eenmaal in de ziekenbarak geplaatst wisten Durlacher en Zuring Leofried daaruit weg te krijgen en brachten zij hem terug naar huis.  In de loop der oorlog fabriceerde de verzetsgroep voor vele tientallen mensen, waaronder ook Friedrich Weinreb, valse papieren. 

Aangezien Heelsum en Beekbergen, waar Evan Durlacher later vertoefde,  niet ver van Arnhem gelegen waren maakte hij de Slag om Arnhem (17-25 september 1944) van nabij mee en zag hij de grote ellende, die met een grote veldslag gepaard gaat, met eigen ogen. Honderden vluchtelingen uit de stad overspoelden het nabij gelegen gebied en werden ondergebracht in het verzamelkamp, waar ook Durlacher in die tijd verbleef. 

Naar de Oost als verbindingsofficier

Durlacher vertrok, nadat Nederland bevrijd was, met de Johan van Oldenbarnevelt, naar Nederlands-Indië, waar hij in de rang van vaandrig werd ingezet als verbindingsofficier.

Hij ressorteerde aldaar onder kolonel K. Drost, indertijd de basiscommandant van Batavia, een positie die Drost op 24 juli 1948, in het bijzijn van generaal-majoor Henri Julius Jan Willem Dürst Britt, overdroeg aan luitenant-kolonel B.P. de Vries.

In zijn functie als verbindingsofficier (maar werkzaam op het niveau van kapitein) bij 4-8 RI in het gebied in en om Batavia ontmoette Durlacher onder meer kapitein Raymond Westerling en luitenant gouverneur-generaal H.J. van Mook. 

Tijdens de Eerste Politionele Actie nam hij onder meer deel aan een veldtocht naar een groep rijstfabrieken die ten oosten van Batavia gelegen waren.

Later was hij werkzaam in de radiostudio te Batavia en maakte hij luitenant-generaal Simon Spoor van nabij mee, die in die tijd vrijwel wekelijks een radiopraatje hield. 

Nadat een arts een hartvergroting bij Durlacher vastgesteld had werd hij per Oranje terug naar Nederland gezonden, waar hij bij zijn ouders in hun tricotagefabriek, eerst in Beekbergen en later in Apeldoorn,  ging werken. 

Latere loopbaan

Durlacher volgde nu de opleiding tot ingenieur aan de Hogere Textielschool in Tilburg maar trad later in dienst bij de AVRO, waar hij Jaap van Meekren al kende van zijn tijd in de Oost en onder meer meewerkte aan het vervaardigen van kwissen. Nadien startte hij in Amsterdam een eigen geluidsstudio, waar films nagesynchroniseerd en commercials vervaardigd werden. 

Nadat hij, op 78-jarige leeftijd, zijn bedrijf van de hand had gedaan werd Durlacher onder meer actief als secretaris van de vakvereniging Audiovisuele Contacten.

Hij verhuisde in 1968 naar Naarden, waar in 1974 zijn eerste echtgenote, Co Thomas,  overleed. Durlacher hertrouwde met Mirjam Palache en kreeg met haar nog een zoon. 

Durlacher woonde incidenteel herdenkingsbijeenkomsten, zoals een bij het herdenkingskruis van luitenant-ter-zee Lodewijk van Hamel, op de Bussumse heide, bij. Omdat herdenkingen en bijeenkomsten veelal op zaterdag, het joodse Sjabbat, plaatsvonden, kon hij echter zelden hierbij aanwezig zijn.  

Hieronder ziet u een filmpje met Durlacher anno 2016.