Historie

De Kom van Biegel (ook wel Biegel-plantsoen genoemd), een waterpartij en omringend parkje, ligt in de Bussumse villawijk 't Spieghel. De vijver ontstond in 1880 doordat de Amsterdamse koopman J.H. Biegel het zand gebruikte om zijn villa "Solitude" op een heuvel te kunnen bouwen. 

Doordat Bussum na de komst van de Oosterspoorlijn tussen Amsterdam en Amersfoort, een verbinding met Amsterdam had gekregen, en zodoende een forensendorp werd, had men steeds meer woonruimte nodig. Aldus werd het Biegel-plantsoentje ernstig bedreigd door bebouwing.

Bezorgde burgers schreven ingezonden brieven om de hoogwaardigheidbekleders aan te sporen actie te ondernemen: "Men zal er wat op moeten vinden om de Kom van Biegel, tot meerdere bloei van Bussum, te behouden", zo verwoordde een briefschrijver het in de Gooi- en Eemlander.  

In februari 1929 werd hierop van hogerhand actie ondernomen en stelden Burgemeester en Wethouders voor de plek, groot 1.610 vierkante meter en tot dan toe gezien als bouwterrein, voor 10.000 gulden te kopen van de eigenaar, de heer Brünot.  

De Kom van Biegel was, toen de gemeente Bussum het terrein aankocht, zwaar verwaarloosd en de bomen waren voor een groot gedeelte in bedenkelijke toestand. 

Aldus was de aankoop een goed idee want in 1934 werd de eerder nog in treurige staat verkerende Kom van Biegel aldus omschreven:

"Hier het echte Spieghelbeeld: zwaar geboomte, forse lijnen, geen speelse moderniteiten (men refereerde hier aan de architectuur van het Mouwtje), met uitzondering van een enkel goud-esje, dat als verdwaald hier staat bij al die grote bomen: iepen, eiken en beuken". 

Tot 1958 stond nabij het parkje het huis van Frederik van Eeden, ontworpen door de bekende architect Hendrik Petrus Berlage (1856-1934). In dat jaar moest de villa wijken voor een modern flatgebouw. Een commissie trachtte dit voornemen nog te verhinderen maar slaagde hier niet in.

Zelfmoorden, dodelijke ongelukken en misdaden in en om de Kom van Biegel

Soms gebeurden er gruwelijke zaken in en om de Kom van Biegel. 

Een jongedame, de 21-jarige E.S., in leven werkzaam als kinderjuffrouw, werd in juli 1915 dood aangetroffen in de Kom van Biegel. Zij had een einde aan haar leven gemaakt. 

Dr. G., woonachtig in de P.C. Hooftstraat te Amsterdam en in 1919 verblijf houdend in pension Berensteijn, werd bij de Kom van Biegel met een zware ijzeren staaf op zijn hoofd geslagen en van zijn gouden horloge beroofd.

Vandalisme was er ook toen al want in 1924 werd een jongeman van 13 jaar oud door de politie betrapt op het stelen van de langs de rand van de Kom van Biegel geplaatste heesters. 

In augustus 1921 vond men het stoffelijk overschot van een bejaarde dame in het water aan. Men is er nooit achtergekomen of dit een zelfgekozen einde, moord of een ongeluk was. Het volgende incident was echter geen ongeluk. 

In de winter van 1921 voelde een man zich zo bedroefd en levensmoe na de begrafenis van zijn ene en het naderende einde van zijn tweede dochtertje dat hij zich vol sterke drank goot en zichzelf vervolgens wilde verdrinken in de Kom van Biegel. 

Zijn broer weerhield hem van dit voornemen en "zou trachten hem meer levensmoed bij te brengen". 

In januari 1935 trof men het stoffelijk overschot van mevrouw P., zestig jaar en in leven wonend aan de Nieuwe 's Gravelandse weg, aan. Ook hier werd niet duidelijk of het een ongeluk, moord of zelfmoord betrof.  

Tijdens de Tweede Wereldoorlog, in mei 1940, werd de Kom van Biegel aangewezen als open schuilloopgraaf, bekleed met stropakken en bestemd voor de burgerbevolking. 

Beelden bij de Kom van Biegel

Sinds 1976 staat bij de Kom van Biegel het kunstwerk "Atlanta" van Nicolaas Jonk (1928-1994).

Daarvoor kon men vanaf 17 juni 1950 een beeldje van de kleine Johannes aan de rand van de vijver bewonderen. Dat was een eerbewijs aan Frederik van Eeden, die zoals eerder gemeld in de in 1958 afgebroken villa vlakbij de vijver woonde in de periode voordat hij naar Walden vertrok. 

Het monumentje, een knielende kleine Johannes met een roodborstje op zijn schouder, was ontworpen door Margot Engelchor-Heldring en werd onthuld door een kleindochter van Van Eeden.

Genodigden bij de plechtigheid waren burgemeester J.C. Haspels en talrijke kunstenaars, waaronder de dichter A. Roland Holst, de professoren W. Asselbergs en N. Donkersloot en de beeldhouwer Hildo Krop.  

Vanaf het moment van plaatsing werd Van Eeden ook regelmatig hulde betoond middels kransleggingen bij het beeldje, onder meer door diens kleinzonen. 

De kleine Johannes trok echter vandalen aan. In 1968 werd hij van zijn sokkel getrokken en deels vernield, in 1970 onthoofdde men de kleine Johannes en in 1974 werd hij geheel aan stukken geslagen. 

"Atlanta" kan minder gemakkelijk vernield worden daar het beeld uit brons gegoten is. 

Vloek van de Kom van Biegel?

Een der bekende omwonenden van de Kom van Biegel was de reeds eerder genoemde Frederik van Eeden.

Een andere, anno 2018 wellicht vergeten, man die in een villa op de kruising Nieuwe 's Gravelandseweg en de Gooilandseweg, tegenover de Kom van Biegel woonde, was de componist en zanger van levensliederen Dirk Witte, wiens liedjes vooral door  de vertolking door Jean Louis Pisuisse bekend werden bij het grotere publiek.  

Wellicht zorgde de "Vloek van de Kom van Biegel", die mensen tot zelfmoord de vijver in dreef, tot vandalisme of zelf moord aanzette, Witte ertoe de macht over het stuur van zijn auto te verliezen en in 1932 onderweg naar huis te verdrinken in de Weespertrekvaart

Dit geheim ligt in de vijver verzonken.